Begin oktober 2025 maakten de European Bioeconomy Alliance en het Duitse nova Institute een gezamenlijke expertpaper bekend. Hun boodschap is scherp. Het gebruik van akkerbouwgewassen als granen, suiker en oliehoudende zaden voor energie en materialen levert Europa voordelen op voor voedselzekerheid, biodiversiteit, landbouw en klimaat.
De Europese Commissie werkt aan een nieuwe strategie voor de bioeconomie. Doel is minder afhankelijkheid van fossiele grondstoffen en meer strategische autonomie. Volgens het nova Institute zijn er in de EU voldoende biomassa stromen om die ambitie waar te maken. Veel zorgen over concurrentie met voedsel slaan volgens de auteurs niet op de data. Zij noemen het debat vaak emotioneel en politiek, en minder gebaseerd op de werking van het mondiale voedselsysteem.
Eerste generatie gewassen in de Europese mix
De studie wijst op vier effecten wanneer landbouwgewassen naast voedsel ook naar brandstoffen, chemicaliën en materialen gaan. Boeren krijgen meer afzetkanalen. Dat geeft stabiliteit en ruimte voor investeringen in vernieuwing, omdat inkomsten minder van één markt afhangen.
Voor de voedselzekerheid telt nog iets mee. Processen voor biobrandstoffen en biochemie leveren eiwitrijke reststromen op die in de voerketen tellen. Daarnaast blijven gewassen in ruime mate beschikbaar en schaalbaar binnen Europa. In tijden van crisis fungeren die teelten als noodvoorraad, omdat ze desgewenst terug te sturen zijn naar de voedselketen.
De klimaatparagraaf is even direct. Wie Europese industrie wil ontkolen, zal naast recycling en CO2 hergebruik ook biomassa nodig hebben. Tweede generatie stromen zoals houtige reststromen zijn waardevol, maar eerste generatie gewassen zijn vaak goedkoper en sneller op te schalen. Daarmee neemt de kans toe dat nieuwe biobased fabrieken echt volume maken.
Ook biodiversiteit komt volgens de auteurs niet in het gedrang wanneer je goed naar landgebruik kijkt. Voedselgewassen leveren per hectare veel zetmeel, suiker en plantaardige olie. Hogere opbrengst per hectare kan de totale ruimteclaim drukken en zo meer areaal vrijlaten voor natuur, mits de juiste randvoorwaarden gelden.
Wat als Europa alleen op tweedegeneratie inzet
De paper rekent door wat er gebeurt wanneer biobased chemie en brandstoffen uitsluitend met suikers uit lignocellulose draaien. Voor dezelfde hoeveelheid fermenteerbare suikers is dan meer land nodig. Eiwitlevering uit bijproducten valt terug. Een noodvoorraad ontbreekt, want reststromen en houtige gewassen zijn geen voedsel. Daarbovenop zijn de suikers uit tweede generatie twee tot drie keer zo duur als suikers uit eerste generatie teelten. De auteurs concluderen dat opschaling op korte termijn dan weinig kansrijk is.
Debat op basis van feiten
Het rapport nodigt uit om de normatieve lading uit het gesprek te halen en te kijken naar feiten. Wie de Europese industrie wil losmaken van fossiele grondstoffen, kan niet om pragmatiek heen. Eerste generatie en tweede generatie vullen elkaar aan. De vraag is niet of, maar waar en hoe je welke stroom inzet, met oog voor boereninkomen, eiwitbalans, natuur en betaalbaarheid. Dit rapport zet daarvoor concrete aanknopingspunten op een rij en vraagt om vervolg met cijfers per regio, teelt en keten.
Link naar het rapport: bioeconomyalliance.eu









