Terwijl wereldwijd de spanningen toenemen en er nieuwe prioriteiten gesteld worden, blijft de verduurzaming van onze energie- en materiaalvoorziening meer dan noodzakelijk. Voor de lezer van Biomassafeiten is dat een bekend gegeven, maar hoe kunnen we dit samen realiseren.
Vanuit de internationale samenwerking binnen de Clean Energy Ministerial (CEM) en Mission Innovation zie ik vanuit alle landen deze worsteling. Men wil meer aan verduurzaming doen, maar ziet zich gehinderd door de internationale ontwikkelingen. Alleen vanuit de overheid van de USA was er een duidelijk signaal dat men deze verduurzaming geen warm hart meer toedraagt. Dit overigens in tegenstelling tot vele bedrijven uit de USA en sommige staten die hier wel hard aan blijven trekken.
Positieve signalen komen er ook uit diverse internationale organisaties die onder de UN vlag opereren. Zo heeft de luchtvaarsector onder ICAO zich verplicht tot het wereldwijd bijmengen van 5% schone brandstoffen (o.a. SAF) in 2030 waarvoor 23 Mton schone brandstoffen nodig zal zijn [1]. Hiermee wordt een enorme markt gecreëerd en met nog 5 jaar te gaan is het nu zaak om de benodigde productie van deze brandstoffen te realiseren. Volgens de ICAO-website kan er tot op heden 9 Mton van de gevraagde 23 geproduceerd worden. Wereldwijd zijn er dan ook veel initiatieven voor realisatie.
Ook de wereldwijde maritieme sector, verenigd in IMO [2] heeft een net-zero emissie afspraak voor 2050 gemaakt, met een CO2 handelssysteem, zodat daarbinnen low-carbon fuels een belangrijke rol kunnen spelen. In oktober 2025 wordt dit formeel bekrachtigd voor zeeschepen groter dan 5000 ton, die momenteel 85% van alle CO2 emissie van de scheepvaart veroorzaken..
Behalve voor de transport sector worden er ook voor de industrie wereldwijd steeds meer afspraken gemaakt. Daartoe zijn CEM en UNIDO het Industrial Deep Decarbonisation Initiative [3] gestart, hetgeen geresulteerd heeft in een ambitieus plan voor de staal en cement sector. In dit plan worden low carbon standards en markt perspectief via “Green Public Procurement” ontwikkeld. Ook wordt er momenteel gekeken met de CEM Biofuture Council [4] of deze aanpak ook voor de chemische industrie opgezet kan worden. Tevens is het Ministerie van Klimaat en Groene Groei aktief bezig om te komen met meerdere landen tot een Joint Statement [4] over Sustainable Carbon voor de chemische industrie en hoopt op de COP30 daar ook landen buiten Europa voor te interesseren.
Als ik al deze positieve ontwikkelingen op een rijtje zet, en ook nog binnen de EU de stimulering via RED en REFUEL, alsook ETS1 en ETS2 meeneem, dan is het haast niet te begrijpen dat er niet meer industriële investeringen gedaan worden. Ik zie bij veel ondernemers interesse om te verduurzamen, maar men heeft onvoldoende vertrouwen in de politiek en financiële zekerheid om de business case nu rond te krijgen. Blijkbaar vraagt dit nog tijd om deze investeringstap te kunnen zetten.
Landen waar we mee samenwerken vanuit onze Integrated Biorefineries Mission, zoals Brazilië en India, maar ook China lijken betere condities voor biobased toepassingen te hebben. Dit komt doordat ze al veel biomanufacturing hebben, maar ook kansen zien om de productie daarvan te vergroten. Zo zal China SAF fabrieken gaan bouwen, en India en Brazilië bouwen 2e Generatie Bioethanol fabrieken. Vanuit onze missie proberen we met hen samen te werken, te leren, maar ook kansen te genereren voor het Nederlandse bedrijfsleven.
En die kansen zijn er; actieve samenwerking met Brazilië, maar ook India blijkt goede kansen te bieden. Kansen in India zijn via de Biorefineries Mission en een Innovatie missie verkend en via het Innovatienetwerk vastgelegd en schetst mogelijkheden voor bedrijven [5].
Ondanks de toenemende spanningen en onzekerheid blijf ik hoop houden op een goede transitie naar een biobased economy. In juni wordt de European Biomass ConferencE [6] georganiseerd, waar de internationale voortgang besproken wordt. In mei 2026 komt deze conferentie naar Den Haag en kan de Nederlandse biobased community zich presenteren aan de rest van de wereld.
Op dit moment zijn diverse bedrijven en onderzoeksinstituten in Nederland zeer actief in de uitwerking en realisatie van de biobased economy. In het binnenland kunnen we dat stimuleren door de markt te versterken door overal duurzaam en biobased inkopen op de agenda te zetten. Dat kan bij de overheid, de gemeente, maar ook je (sport)vereniging en thuis. Door ook naar onze exportkansen te kijken kunnen we de impact en ook economische kansen vergroten. Dat vraagt om samenwerking en daar willen we vanuit onze Integrated Biorefineries Mission [7] ondersteuning bij bieden. Hoe we dat het beste kunnen doen zullen we samen in moeten vullen. Ik nodig jullie dan ook uit om hierover met ons mee te denken tijdens een workshop [8] die we op 25 juni ‘s middags in Utrecht organiseren.
[1] Sustainable Aviation Fuels (SAF)
[2] IMO approves net-zero regulations for global shipping
[3] The Industrial Deep Decarbonisation Initiative – Industrial Decarbonization Accelerator
[4] Joint Statement on a European Sustainable Carbon Policy Package | Rapport | Rijksoverheid.nl
[5] Netherlands-India Bioeconomy Opportunity Report
[6] EUBCE 2025 | 33rd European Biomass Conference and Exhibition – European Biomass Conference and Exhibition
[7] (13) Integrated Biorefineries Mission: overzicht | LinkedIn
[8] Biorefineries for fuels, chemicals and materials: advancing international collaboration – platformbioeconomie.nl

Over de auteur
Kees Kwant
Netherlands Enterprise Agency (RVO)

Kees Kwant is a Senior Expert on Bioenergy and Circular Biobased Economy at the Netherlands Enterprise Agency (RVO), a department of the Ministry of Economic Affairs and Climate in the Netherlands. He primarily links researchers and industry to help develop the circular biobased economy and bioenergy in the Netherlands and abroad. He is Member CEM Biofuture Initiative and leads the Mission Innovation Mission Integrated Biorefineries as Mission Director.